A2.42: Organisatie en delegatie

Organisation et délégation

Woordenschat (19)

 La tâche: De taak (French)

La tâche

Show

De taak Show

 Le planning: de planning (French)

Le planning

Show

De planning Show

 La responsabilité: De verantwoordelijkheid (French)

La responsabilité

Show

De verantwoordelijkheid Show

 La priorité: De prioriteit (French)

La priorité

Show

De prioriteit Show

 La méthode: De methode (French)

La méthode

Show

De methode Show

 Efficace: Efficiënt (French)

Efficace

Show

Efficiënt Show

 Organisé: georganiseerd (French)

Organisé

Show

Georganiseerd Show

 Le délégué: De gedelegeerde (French)

Le délégué

Show

De gedelegeerde Show

 Déléguer (delegeren) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Déléguer

Show

Delegeren Show

 Collaborer (samenwerken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Collaborer

Show

Samenwerken Show

 Les outils collaboratifs: Collaboratieve tools (French)

Les outils collaboratifs

Show

Collaboratieve tools Show

 La répartition des tâches: Taakverdeling (French)

La répartition des tâches

Show

Taakverdeling Show

 La gestion du temps: Tijdmanagement (French)

La gestion du temps

Show

Tijdmanagement Show

 La planification: Planning (French)

La planification

Show

Planning Show

 La mission: De missie (French)

La mission

Show

De missie Show

 L'autonomie: zelfstandigheid (French)

L'autonomie

Show

Zelfstandigheid Show

 La cohésion: de cohesie (French)

La cohésion

Show

De cohesie Show

 L'authorité: de autoriteit (French)

L'authorité

Show

De autoriteit Show

 Une évaluation: een evaluatie (French)

Une évaluation

Show

Een evaluatie Show

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 2: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

Je dois déléguer cette tâche à un collègue compétent. (Ik moet deze taak delegeren aan een bekwame collega.)
La gestion du temps est importante pour respecter les délais. (Tijdbeheer is belangrijk om deadlines na te komen.)
Pour réussir, il faut bien collaborer en équipe. (Om succesvol te zijn, moet je goed samenwerken in een team.)
L'autonomie au travail donne confiance et motivation. (Autonomie op het werk geeft vertrouwen en motivatie.)

Oefening 3: Clusteren van woorden

Instructie: Sorteer deze woorden op basis van of ze de relaties binnen een team beschrijven of de organisatie van taken.

Relations et rôles dans une équipe

Organisation et gestion des tâches

Grammatica

We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!

Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les

Déléguer delegeren

passe_compose

Frans Nederlands
(je/j') j'ai délégué ik heb gedelegeerd
tu as délégué jij hebt gedelegeerd
il/elle/on a délégué hij/zij/men heeft gedelegeerd
nous avons délégué wij hebben gedelegeerd
vous avez délégué u hebt gedelegeerd
ils/elles ont délégué zij hebben gedelegeerd

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Collaborer samenwerken

passe_compose

Frans Nederlands
(je/j') ai collaboré ik heb samengewerkt
(tu) as collaboré jij hebt samengewerkt
(il/elle/on) a collaboré hij/zij/men heeft samengewerkt
(nous) avons collaboré wij hebben samengewerkt
(vous) avez collaboré u hebt samengewerkt
(ils/elles) ont collaboré zij hebben samengewerkt

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Frans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏