A2.1: Vakantieplannen

Plans de vacances

Woordenschat (20)

 Partir (vertrekken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Partir

Show

Vertrekken Show

 La destination: De bestemming (French)

La destination

Show

De bestemming Show

 Le voyage: De reis (French)

Le voyage

Show

De reis Show

 La valise: de koffer (French)

La valise

Show

De koffer Show

 Un itinéraire: Een route (French)

Un itinéraire

Show

Een route Show

 La mer: de zee (French)

La mer

Show

De zee Show

 Un avion: Een vliegtuig (French)

Un avion

Show

Een vliegtuig Show

 Le bateau: De boot (French)

Le bateau

Show

De boot Show

 Le tourisme: het toerisme (French)

Le tourisme

Show

Het toerisme Show

 Explorer (ontdekken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Explorer

Show

Ontdekken Show

 Voyager (reizen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Voyager

Show

Reizen Show

 L'agence de voyage: Het reisbureau (French)

L'agence de voyage

Show

Het reisbureau Show

 L'office de tourisme: het VVV-kantoor (French)

L'office de tourisme

Show

Het vvv-kantoor Show

 Le guide touristique: De reisgids (French)

Le guide touristique

Show

De reisgids Show

 Partir en vacances: Op vakantie gaan (French)

Partir en vacances

Show

Op vakantie gaan Show

 La visite culturelle: Het culturele bezoek (French)

La visite culturelle

Show

Het culturele bezoek Show

 Le budget: Het budget (French)

Le budget

Show

Het budget Show

 Le guide de voyage: De reisgids (French)

Le guide de voyage

Show

De reisgids Show

 La détente: Ontspanning (French)

La détente

Show

Ontspanning Show

 La croisière: de cruise (French)

La croisière

Show

De cruise Show

Oefeningen

Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.

Oefening 1: Gespreksoefening

Instructie:

  1. Quel type de vacances voyez-vous sur chaque photo ? (Welk type vakantie zie je op elke foto?)
  2. Quel moyen de transport allez-vous utiliser pour voyager et pourquoi ? (Welke vervoersmiddel ga je gebruiken om te reizen en waarom?)
  3. Combien de temps durera vos prochaines vacances ? (Hoe lang duurt je volgende vakantie?)

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 10 minuten

Voorbeeldzinnen:

Je vais en Italie pour un voyage en ville.

Ik ga naar Italië voor een stedentrip.

Je pars en camping avec ma famille à la montagne.

Ik ga met mijn familie kamperen in de bergen.

Je voyagerai en train au lieu de prendre l'avion.

Ik reis met de trein in plaats van met het vliegtuig te gaan.

Je vais à Majorque pour visiter des musées.

Ik ga naar Mallorca om musea te bezoeken.

Nous partons en camping-car pour un voyage en famille.

We nemen de camper mee op een familietocht.

Je voyage autour du monde pendant six mois.

Ik reis zes maanden rond de wereld.

Nous allons dans une station balnéaire en Tunisie.

We gaan naar een strandresort in Tunesië.

Je pars en croisière en mai.

Ik ga in mei op een cruise.

...

Oefening 2: Gesprekskaarten

Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.

Oefening 3: Een woord matchen

Instructie: Kom de vertalingen overeen

Je prf8ffbar partir en vacances au bord de la mer pour profiter du soleil et de la de9tente. (Ik zou graag op vakantie gaan aan zee om van de zon en de ontspanning te genieten.)
L'agence de voyage nous a conseille9 un itine9raire avec une visite culturelle et une croisie8re. (Het reisbureau heeft ons een route aanbevolen met een culturele rondleiding en een cruise.)
Le guide touristique explique comment explorer la ville et de9couvrir ses monuments historiques. (De reisgids legt uit hoe je de stad kunt verkennen en haar historische monumenten kunt ontdekken.)
Pour ce voyage, j'ai pre9pare9 ma valise en fonction du budget et de la destination. (Voor deze reis heb ik mijn koffer ingepakt op basis van het budget en de bestemming.)

Oefening 4: Clusteren van woorden

Instructie: Sorteer deze woorden op de context waarin ze worden gebruikt tijdens de vakantie.

Organiser un voyage

Activités et lieux de vacances

Grammatica

We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!

Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les

Explorer ontdekken

present

Frans Nederlands
(je/j') j'explore ik ontdek
(tu) explores jij ontdekt
(il/elle/on) explore hij/zij/men ontdekt
(nous) explorons wij ontdekken
(vous) explorez jullie ontdekken/u ontdekt
(ils/elles) explorent zij ontdekken

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Voyager reizen

passe_compose

Frans Nederlands
(je/j') j'ai voyagé ik heb gereisd
tu as voyagé jij hebt gereisd
il/elle/on a voyagé hij/zij/men heeft gereisd
nous avons voyagé wij hebben gereisd
vous avez voyagé U bent gereisd
ils/elles ont voyagé zij hebben gereisd

Oefeningen en voorbeeldzinnen

Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!

Wil je vandaag Frans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.

Schrijf je nu in!

Deze lessen zouden niet mogelijk zijn zonder onze geweldige partners🙏