- De partitieven veranderen volgens het geslacht en het getal van het zelfstandig naamwoord.
| Article partitif | Devant une consonne | Devant une voyelle ou h muet (Voor een klinker of stomme h) |
|---|---|---|
| Masculin (Mannelijk) | Du | De l' |
| Féminin (Vrouwelijk) | De la | De l' |
Oefening 1: Les articles partitifs: "Du, De l', De la"
Instructie: Vul het juiste woord in.
de la, de l', du
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Je voudrais acheter ___ pain à la boulangerie.
(Ik zou graag brood willen kopen bij de bakker.)2. Il y a ___ viande fraîche à la boucherie.
(Er is vers vlees bij de slager.)3. Nous prenons ___ eau au supermarché.
(We halen water bij de supermarkt.)4. Le client parle ___ vendeur au marché.
(De klant praat met de verkoper op de markt.)5. Elle choisit ___ fruits à l'épicerie.
(Ze kiest fruit in de kruidenierswinkel.)6. Je compare les prix ___ magasins du centre commercial.
(Ik vergelijk de prijzen in de winkels van het winkelcentrum.)