Être au présent | Forme complète (Volledige vorm) |
---|---|
Je suis + en train de + verbe (Ik ben + bezig met + werkwoord) | Je suis en train de signer |
Tu es + en train de + verbe (Je bent + bezig met + werkwoord) | Tu es en train de louer |
Il / Elle / On est + en train de + verbe (Hij / Zij / Men is + bezig met + werkwoord) | Elle est en train d'acheter |
Nous sommes + en train de + verbe (Wij zijn + bezig met + werkwoord) | Nous sommes en train de parler |
Vous êtes + en train de + verbe (U bent + bezig met + werkwoord) | Vous êtes en train de signer |
Ils / Elles sont + en train de + verbe (Zij zijn + bezig met + werkwoord) | Ils sont en train de louer |
Oefening 1: Le présent progressif: "Être en train de"
Instructie: Vul het juiste woord in.
êtes en train de, suis en train de, sommes en train de, sont en train d', es en train de, est en train de
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Je _____ en train de signer le contrat pour louer la villa.
(Ik ben het contract aan het tekenen om de villa te huren.)2. Tu _____ en train de louer un appartement dans le quartier.
(Je bent een appartement aan het huren in de wijk.)3. Ils _____ en train de visiter l'immeuble avant de signer le contrat.
(Ze zijn het gebouw aan het bezichtigen voordat ze het contract ondertekenen.)4. Nous _____ en train de chercher un logement à louer dans ce lotissement.
(We zijn een woning aan het zoeken om te huren in deze wijk.)5. Elle _____ en train de parler avec le propriétaire pour partager un logement.
(Ze is bezig met de eigenaar te praten om een woning te delen.)6. Vous _____ en train de louer une villa dans la tour moderne.
(U bent een villa aan het huren in de moderne toren.)