10K+ studenten - 4.8/5
Leer met een leraar Inclusief leermaterialen Oefen conversatie

Richtlijnen tijdens het lesgeven +/- 15 minuten

Audio en video

Gesprek

1. Valentin: Qu'en penses-tu de ce pantalon noir? (Wat vind je van deze zwarte broek?) Show
2. Jasmine: Il est super joli ! Mais je n'aime pas trop la couleur. Il y en a des autres ? (Hij is super mooi! Maar ik vind de kleur niet zo leuk. Zijn er nog andere?) Show
3. Valentin: Ah oui ? Tu préfères quelle couleur? (Ah ja? Welke kleur heb je liever?) Show
4. Jasmine: Je préfère le pantalon bleu foncé ou le marron. (Ik geef de voorkeur aan de donkerblauwe of de bruine broek.) Show
5. Valentin: D'accord. Je pense prendre le marron alors. (Goed. Ik denk dat ik dan de bruine neem.) Show
6. Jasmine: Super, c'est un bon choix. (Super, dat is een goede keuze.) Show
7. Valentin: Regarde la robe rose ! Elle est super belle ! Il n'y a pas ta taille malheureusement... (Kijk naar de roze jurk! Hij is supermooi! Helaas is jouw maat er niet bij...) Show
8. Jasmine: Oui, en effet, elle est trop grande pour moi. (Ja, inderdaad, hij is te groot voor mij.) Show
9. Valentin: Je veux absolument me trouver une chemise ou une veste. Il y a l'anniversaire de Lucas le week-end prochain. (Ik wil absoluut een overhemd of een jas vinden. Het is volgende weekend Lucas zijn verjaardag.) Show
10. Jasmine: Prends la chemise blanche que t'as mise tout à l'heure. Elle te va parfaitement ! (Neem het witte overhemd dat je net aanhad. Het staat je perfect!) Show
11. Valentin: C'est vrai qu'elle me va trop bien... Je la prends ! (Het is waar dat hij mij echt goed staat... Ik neem hem!) Show

Oefening 1: Discussievragen

Instructie: Bespreek de vragen nadat je naar de audio hebt geluisterd of de tekst hebt gelezen.

  1. Quel pantalon a pris Valentin?
    2. Welke broek heeft Valentin gepakt?
  2. De quelle couleur est la robe que Jasmine a essayé?
    3. Welke kleur heeft de jurk die Jasmine heeft gepast?
  3. A-t-elle pris la robe ou la jupe?
    4. Heeft ze de jurk of de rok gepakt?
  4. De quelle couleur est ton tee shirt ou pull?
    5. Welke kleur heeft je t-shirt of trui?

Oefening 2: Vul de open plekken in en maak de zinnen af

Instructie: Vul het juiste woord in.

Toon vertaling Toon antwoorden

bleu, noir, marron, blanche, couleur

1.
Il est super joli ! Mais je n'aime pas trop la .... Il y en a des autres ?
(Hij is supermooi! Maar ik houd niet zo van de kleur. Zijn er nog andere?)
2.
Je préfère le pantalon ... foncé ou le ....
(Ik geef de voorkeur aan de donkerblauwe of de bruine broek.)
3.
D'accord. Je pense prendre le ... alors.
(Oké. Ik denk dat ik dan voor de bruine ga.)
4.
Prends la chemise... que t'as mise tout à l'heure. Elle te va parfaitement !
(Neem het witte overhemd dat je daarnet aan had. Het staat je perfect!)
5.
Qu'en penses-tu de ce pantalon ...?
(Wat vind je van deze zwarte broek?)

Oefening 3: Orden de tekst

Instructie: Nummeer de zinnen in de juiste volgorde en lees hardop voor.

Toon vertaling
5
... D'accord. Je pense prendre le marron alors.
(Oké. Ik denk dat ik dan voor de bruine ga.)
10
... Prends la chemise blanche que t'as mise tout à l'heure. Elle te va parfaitement !
(Neem het witte overhemd dat je daarnet aan had. Het staat je perfect!)
8
... Oui, en effet, elle est trop grande pour moi.
(Ja, inderdaad, hij is te groot voor mij.)
6
... Super, c'est un bon choix.
(Super, dat is een goede keuze.)
2
... Il est super joli ! Mais je n'aime pas trop la couleur. Il y en a des autres ?
(Hij is supermooi! Maar ik houd niet zo van de kleur. Zijn er nog andere?)
9
... Je veux absolument me trouver une chemise ou une veste. Il y a l'anniversaire de Lucas le week-end prochain.
(Ik wil absoluut een overhemd of een jas vinden. Het is volgende weekend Lucas zijn verjaardag.)
7
... Regarde la robe rose ! Elle est super belle ! Il n'y a pas ta taille malheureusement...
(Kijk naar de roze jurk! Hij is supermooi! Helaas is jouw maat er niet bij...)
11
11 C'est vrai qu'elle me va trop bien... Je la prends !
(Het is waar dat hij mij echt goed staat... Ik neem hem!)
3
... Ah oui ? Tu préfères quelle couleur?
(Ah ja? Welke kleur heb je liever?)
4
... Je préfère le pantalon bleu foncé ou le marron.
(Ik geef de voorkeur aan de donkerblauwe of de bruine broek.)
1
1 Qu'en penses-tu de ce pantalon noir?
(Wat vind je van deze zwarte broek?)