Se coucher (gaan slapen) - Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief) Delen Gekopieerd!

Se coucher - Vervoeging van gaan slapen in het Frans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Present, indicatif).
Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief)
Alle vervoegingen en tijden: Se coucher (gaan slapen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Leerplan: Franse les - Routine quotidienne (Dagelijkse routines)
vervoeging van gaan slapen in de tegenwoordige tijd
Frans | Nederlands |
---|---|
(je/j') je me couche / je me couche | ik ga slapen |
tu te couches | je gaat naar bed |
il/elle/on se couche | hij/zij/men gaat slapen |
nous nous couchons | we gaan naar bed |
vous vous couchez | jullie gaan naar bed |
ils/elles se couchent | zij gaan slapen |
Voorbeeldzinnen
Frans | Nederlands |
---|---|
Je me couche à vingt-deux heures chaque soir. | Ik ga elke avond om tien uur naar bed. |
Tu te couches après le dîner tous les jours. | Je gaat elke dag na het avondeten naar bed. |
Il se couche tôt pour le lendemain. | Hij gaat vroeg naar bed voor de volgende dag. |
Nous nous couchons après avoir lu un livre. | We gaan naar bed nadat we een boek hebben gelezen. |
Vous vous couchez quand vous avez du temps. | Je gaat naar bed wanneer je tijd hebt. |
Ils se couchent tard le week-end. | Ze gaan in het weekend laat naar bed. |
Oefening: Werkwoordsvervoeging
Instructie: Kies de juiste vorm.
je, couchent, couche, se, on, tu te couches, ils, nous nous couchons, me, vous vous couchez
1.
... après avoir lu un livre.
(We gaan naar bed nadat we een boek hebben gelezen.)
2.
... ... ... tard le week-end.
(Ze gaan in het weekend laat naar bed.)
3.
... quand vous avez du temps.
(Je gaat naar bed wanneer je tijd hebt.)
4.
... ... ... à vingt-deux heures chaque soir.
(Ik ga elke avond om tien uur naar bed.)
5.
Il ... ... tôt pour le lendemain.
(Hij gaat vroeg naar bed voor de volgende dag.)
6.
... après le dîner tous les jours.
(Je gaat elke dag na het avondeten naar bed.)