Se connecter (inloggen) - Passe_compose, indicatif (Volt verleden tijd, indicatief)

 Se connecter (inloggen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Se connecter - Vervoeging van inloggen in het Frans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de voltooid tegenwoordige tijd, indicatief (Passe_compose, indicatif).

Passe_compose, indicatif (Volt verleden tijd, indicatief)

Alle vervoegingen en tijden: Se connecter (inloggen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leerplan: Franse les - Travail à distance ou au bureau ? (Thuiswerken of op kantoor?)

Vervoeging van inloggen in de passé composé

Frans Nederlands
(je/j') je me suis connecté(e)/connecté ik heb mij ingelogd
tu t'es connecté(e)/connecté jij bent ingelogd
il/elle/on s'est connecté(e)/connecté hij/zij/men is ingelogd
nous nous sommes connecté(e)s/connectés wij zijn ingelogd
vous vous êtes connecté(e)(s)/connecté(s) u bent ingelogd
ils/elles se sont connecté(e)s/connectés zij hebben ingelogd

Voorbeeldzinnen

Frans Nederlands
Je me suis connecté à la visioconférence tôt. Ik heb me vroeg aangesloten bij de videoconferentie.
Tu t'es connecté rapidement pour la réunion. Je hebt je snel aangemeld voor de vergadering.
Elle s'est connecté avant l'appel vidéo. Ze heeft zich aangemeld voor het videogesprek.
Nous nous sommes connectés en distanciel hier. We hebben gisteren op afstand verbinding gemaakt.
Vous vous êtes connecté avec un bon équipement. Je hebt ingelogd met goede apparatuur.
Ils se sont connectés malgré la connexion lente. Ze hebben verbinding gemaakt ondanks de trage verbinding.

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

vous, sont, nous, tu, me, connecté, je, suis, ils, connectés, t'es, se, sommes, on, s'est, êtes

1.
... ... ... ... malgré la connexion lente.
(Ze hebben verbinding gemaakt ondanks de trage verbinding.)
2.
... ... ... rapidement pour la réunion.
(Je hebt je snel aangemeld voor de vergadering.)
3.
Elle ... c...necté avant l'appel vidéo.
(Ze heeft zich aangemeld voor het videogesprek.)
4.
... ... ... connecté avec un bon équipement.
(Je hebt ingelogd met goede apparatuur.)
5.
... ... ... ... en distanciel hier.
(We hebben gisteren op afstand verbinding gemaakt.)
6.
... ... ... ... à la visioconférence tôt.
(Ik heb me vroeg aangesloten bij de videoconferentie.)