Pouvoir (kunnen) - Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief)

 Pouvoir (kunnen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Pouvoir - Vervoeging van kunnen in het Frans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatif (Present, indicatif).

Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief)

Alle vervoegingen en tijden: Pouvoir (kunnen) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leerplan: Franse les - Famille (Familie)

Vervoeging van kunnen in de tegenwoordige tijd

Frans Nederlands
(je/j') je peux ik kan
tu peux jij kunt
il/elle/on peut hij/zij/men kan
nous pouvons wij kunnen
vous pouvez u kunt
ils/elles peuvent zij kunnen

Voorbeeldzinnen

Frans Nederlands
Je peux voir la couleur claire du fruit. Ik kan de lichte kleur van de vrucht zien.
Tu peux goûter le jus sucré maintenant. Je kunt nu de zoete sap proeven.
Il peut sentir l'odeur douce des fleurs. hij kan de zoete geur van bloemen ruiken
Nous pouvons entendre un son clair ici. Wij kunnen hier een helder geluid horen.
Vous pouvez toucher la texture douce du tissu. U kunt de zachte textuur van de stof voelen.
Ils peuvent comparer le goût salé et sucré. zij kunnen de zoute en zoete smaak vergelijken

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

vous pouvez, nous pouvons, peuvent, peut, tu peux, je peux, on, ils

1.
... voir la couleur claire du fruit.
(Ik kan de lichte kleur van de vrucht zien.)
2.
... ... comparer le goût salé et sucré.
(Zij kunnen de zoute en zoete smaak vergelijken)
3.
Il ... sentir l'odeur douce des fleurs.
(Hij kan de zoete geur van bloemen ruiken)
4.
... entendre un son clair ici.
(Wij kunnen hier een helder geluid horen.)
5.
... toucher la texture douce du tissu.
(U kunt de zachte textuur van de stof voelen.)
6.
... goûter le jus sucré maintenant.
(Je kunt nu de zoete sap proeven.)