Boire (drinken) - Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief)

 Boire (drinken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Boire - Vervoeging van drinken in het Frans: vervoegingstabellen, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, indicatief (Present, indicatif).

Present, indicatif (Tegenwoordige tijd, indicatief)

Alle vervoegingen en tijden: Boire (drinken) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen

Leerplan: Franse les - Nourriture quotidienne (Dagelijks eten)

Tegenwoordige tijd van drinken

Frans Nederlands
(je/j') je bois / j' bois ik drink
tu bois jij drinkt
(il/elle/on) il boit / elle boit / on boit hij drinkt / zij drinkt / men drinkt
nous buvons wij drinken
vous buvez u drinkt
(ils/elles) ils boivent / elles boivent zij drinken

Voorbeeldzinnen

Frans Nederlands
Je bois de l'eau au petit-déjeuner. Ik drink water bij het ontbijt.
Tu bois du jus de fruit après l'école. Jij drinkt fruitsap na school.
Il boit du café le matin. Hij drinkt koffie 's ochtends.
Nous buvons du yaourt avec le repas. Wij drinken yoghurt bij de maaltijd.
Vous buvez du lait au dîner. U drinkt melk bij het diner.
Ils boivent de l'eau pendant le déjeuner. zij drinken water tijdens de lunch

Oefening: Werkwoordsvervoeging

Instructie: Kies de juiste vorm.

Toon vertaling Toon antwoorden

tu bois, ils, nous buvons, je, vous buvez, on, boivent, bois

1.
... ... de l'eau au petit-dé...uner.
(Ik drink water bij het ontbijt.)
2.
... du jus de fruit après l'école.
(Jij drinkt fruitsap na school.)
3.
Il boit du café le matin.
(Hij drinkt koffie 's ochtends.)
4.
... du lait au dîner.
(U drinkt melk bij het diner.)
5.
... du yaourt avec le repas.
(Wij drinken yoghurt bij de maaltijd.)
6.
... ... de l'eau pendant le déjeuner.
(Zij drinken water tijdens de lunch)