Envoyer (verzenden) - Present, indicatif (Présent, indicatief) Delen Gekopieerd!

Envoyer - Vervoeging van verzenden in het Frans: vervoegingstabel, voorbeelden en oefeningen in de tegenwoordige tijd, aantonende wijs (Present, indicatif).
Present, indicatif (Présent, indicatief)
Alle vervoegingen en tijden: Envoyer (verzenden) - Werkwoordsvervoeging en oefeningen
Leerplan: Franse les - Adresse et coordonnées (Adres en contactgegevens)
Vervoeging van verzenden in de tegenwoordige tijd
Frans | Nederlands |
---|---|
(je/j') j'envoie/envoye | ik verzend |
tu envoies/envoyes | jij verzendt |
(il/elle/on) il envoie/envoye | hij/zij/men verzendt |
nous envoyons/envoyons | wij verzenden |
vous envoyez/envoyez | u verzendt |
(ils/elles) ils envoient/envoyent | zij verzenden |
Voorbeeldzinnen
Frans | Nederlands |
---|---|
J'envoie un mail avec mon adresse. | Ik verzend een mail met mijn adres. |
Tu envoies le code postal au professeur. | Je verzendt de postcode naar de docent. |
Elle envoie le numéro de téléphone au médecin. | Zij verzendt het telefoonnummer naar de dokter. |
Nous envoyons la date de naissance au directeur. | Wij verzenden de geboortedatum naar de directeur. |
Vous envoyez la ville et la rue au commerçant. | U verzendt de stad en de straat naar de handelaar. |
Ils envoient le lieu de naissance aux parents. | Zij verzenden de geboorteplaats aan de ouders. |