Ontdek hoe je een familie-uitstap naar de dierentuin organiseert en beschrijft met nuttige Franse woorden zoals "nourrir" (voeden) en "se promener" (wandelen). Leer dieren herkennen als "lion" en "girafe" en oefen de futur simple.
Woordenschat (17) Delen Gekopieerd!
Oefeningen Delen Gekopieerd!
Deze oefeningen kunnen tijdens conversatielessen samen gedaan worden of als huiswerk.
Oefening 1: Gesprekskaarten
Instructie: Kies een situatie en oefen het gesprek met je docent of medestudenten.
Oefening 2: Meerkeuze
Instructie: Kies de juiste oplossing
1. Demain, nous _____ les girafes au zoo.
(Morgen zullen we de giraffen in de dierentuin _____ .)2. Après la visite, nous nous _____ dans la savane.
(Na het bezoek zullen we door de savanne _____ .)3. Le tigre ne se _____ pas dans la vallée demain.
(De tijger zal morgen niet door de vallei _____ .)4. Ce week-end, tu _____ les singes avant de partir.
(Dit weekend zul je de apen _____ voor je vertrekt.)Oefening 3: Gezinsuitstap naar de dierentuin
Instructie:
Werkwoordschema's
Nourrir - Voeren
FUTUR_SIMPLE
- je nourrirai
- tu nourriras
- il/elle/on nourrira
- nous nourrirons
- vous nourrirez
- ils/elles nourriront
Se promener - Wandelen
FUTUR_SIMPLE
- je me promènerai
- tu te promèneras
- il/elle/on se promènera
- nous nous promènerons
- vous vous promènerez
- ils/elles se promèneront
Grammatica Delen Gekopieerd!
We geven toe dat het niet het meest opwindende is, maar het is absoluut essentieel (en we beloven dat het zich zal terugbetalen)!
Werkwoordsvervoegingstabellen voor deze les Delen Gekopieerd!
Nourrir voeden Delen Gekopieerd!
Futur simple
Frans | Nederlands |
---|---|
(je/j') nourrirai | ik zal voeden |
(tu) nourriras | jij zult voeden |
(il/elle/on) nourrira | hij/zij/men zal voeden |
(nous) nourrirons | wij zullen voeden |
(vous) nourrirez | jullie zullen voeden |
(ils/elles) nourriront | zij zullen voeden |
Se promener wandelen Delen Gekopieerd!
Futur simple
Frans | Nederlands |
---|---|
(je/j') me promènerai | ik zal wandelen |
(tu) te promèneras | jij zult wandelen |
(il/elle/on) se promènera | hij/zij/men zal wandelen |
nous promènerons | wij zullen wandelen |
vous promènerez | u zult wandelen |
(ils/elles) se promèneront | zij zullen wandelen |
Zie je geen vooruitgang als je alleen studeert? Bestudeer dit materiaal met een gecertificeerde docent!
Wil je vandaag Frans oefenen? Dat is mogelijk! Neem vandaag nog contact op met een van onze docenten.
Les: Gezinsuitstap naar de dierentuin
In deze les op niveau A2 leer je hoe je een familie-uitje naar de dierentuin organiseert en beschrijft in het Frans. De les richt zich op praktische communicatie, waarbij je samen afspraken maakt over datum, tijd en welke dieren je wilt zien. Daarnaast oefen je het beschrijven van landschappen en dieren, en leer je meer over beroemde dierentuinen in Frankrijk.
Wat leer je in deze les?
- Gesprekken voeren over plannen maken: zodat je kunt zeggen: "Tu veux aller au zoo ce samedi ?" (Wil je zaterdag naar de dierentuin?) en afspraken maken over tijd en locatie.
- Dieren en natuur beschrijven: zoals "Les crocodiles sont impressionnants" (De krokodillen zijn indrukwekkend) en "Le parc est vraiment joli" (Het park is echt mooi).
- Franse dierentuinen bespreken: bijvoorbeeld het Parc Zoologique de Paris en de Zoo de La Palmyre, met nadruk op dieren en natuurbescherming.
- Toekomstige tijd oefenen met werkwoorden: Vooral met werkwoorden zoals nourrir (voeden) en se promener (wandelen) in de futur simple, bv. "nous nourrirons les girafes" (wij zullen de giraffen voeren).
Belangrijke woorden en uitdrukkingen
- Les animaux – de dieren (bijv. lions, girafes, singes)
- Organiser une sortie – een uitje organiseren
- Se retrouver – elkaar ontmoeten (bv. "À quelle heure on se retrouve ?")
- Le paysage – het landschap (bv. la savane, la forêt tropicale)
- Un pique-nique – een picknick
- Connaître – kennen, weten (bv. "Connais-tu le Parc Zoologique de Paris ?")
Verschillen tussen Nederlands en Frans in deze les
In het Frans worden bepaalde werkwoorden als se promener (wandelen) gebruikt als wederkerende werkwoorden, die in het Nederlands meestal zonder wederkerend voornaamwoord staan. Bijvoorbeeld, in het Frans zeg je: "Nous nous promènerons" (Wij zullen wandelen), terwijl in het Nederlands 'wij zullen wandelen' geen wederkerend woord bevat.
Bovendien kent het Frans de futur simple die apart vervoegd wordt, terwijl het Nederlands een samengestelde toekomst gebruikt met 'zullen'. Bijvoorbeeld: "nous nourrirons" wordt "wij zullen voeden".
Handige zinnen:
- "À quelle heure on se retrouve ?" – "Hoe laat spreken we af?"
- "Quels animaux veux-tu voir ?" – "Welke dieren wil je zien?"
- "On prend un pique-nique ?" – "Nemen we een picknick mee?"
- "Le parc est vraiment joli." – "Het park is echt mooi."
- "Ce week-end, tu nourriras les singes." – "Dit weekend zal jij de apen voeden."